Ngorongoro

Ngorongoro Crater
Tanzania
16 – 18 december 2019

Sinds een bezoek aan de theatervoorstelling van Plien en Bianca, weten we van het bestaan van de Ngorongoro krater af. Een intrigerend natuurverschijnsel. Mede omdat de big five en vele andere wilde dieren op de bodem van werelds grootst vulkanische caldera leven. De naam Ngorongoro is waarschijnlijk ontleend aan een bepaald type kom, die de Maasai gebruikten. De Maasai leven nog steeds in de Ngorongoro Conservation Area. De informatie over het verkrijgen van toegang tot het gebied, is al even geheimzinnig als het gebied zelf. Geen officiële website te vinden. Wel sites met tegensprekende informatie. Eén daarvan meldt zelfs omslachtige procedures met vooraf betalingen bij een bank. Het boeken van een georganiseerde tour wordt daarmee wel héél erg gestimuleerd.

Eerste blik
We gokken dat de vergunning voor Ngorongoro CA ook in het laatste dorpje voor het park wordt verleend. In een verscholen kantoortje van NCA. We rijden er straal voorbij. Dankzij de aanduiding op de kaart van iOverlander toch gevonden. We kopen tevens de prijzige vergunning om af te dalen in de krater zelf. Bij de officiële toegangspoort laten we het exacte tijdstip van binnenkomst registeren, half 5 ‘s middags. De vergunning is namelijk precies 24 uur geldig. De offroadweg is slecht. De medeweggebruikers rijden onverantwoord snel, alsof hun vergunning binnen enkele ogenblikken afloopt. Een uitkijkpunt onderweg is verbluffend mooi. Het toont de volledige krater met een centraal blauw meer in de zon, omringt door witte wolken boven de rand. Het goede weer is boffen, midden in het regenseizoen.

Koude nacht
De camping ligt op de 2.000 meter hoge kraterrand. Daar ontmoeten we twee jonge Duitse mannen. Overlanders, in een 40-jarige Toyota gearriveerd vanuit Duitsland. Ze hebben onze afgelegde route in het Zuiden nog voor de boeg. Gretig wisselen we die avond de ervaringen en de voorraad alcohol uit. Wanneer de zon verdwijnt, wordt het rap koud. De neergeslagen condens drukt de temperatuur verder naar beneden. Onno gaat op zoek naar de beheerders om hout te kopen. De twee mannen willen voor 16 euro een partij takken leveren. Dat is de prijs voor hun leven, verklaren ze, het is levensgevaarlijk hout te sprokkelen op de kraterrand met z’n diepe afgrond en wilde dieren. Uiteindelijk brengen ze, na goed onderhandelen van Onno, voor 8 euro oude deurposten. Dankzij de warmte van het kampvuur begeven we ons op de volle camping als laatsten naar de tent. De wekker rinkelt al weer om 5 uur.

De krater in
Stipt om 6 uur staan we bij de kraterpoort. We willen geen minuut missen. Reuze nieuwsgierig naar de natuur van de krater. Op de kraterhelling staan bomen en beneden groeit gras, méér kunnen we, staand aan de rand, daar niet van maken. De rit naar beneden met vele haarspeldbochten is adembenemend. Het bos op de bijzonder steile helling heeft veel verschillende bomen, af en toe onderbroken door lagere struiken die zicht geven op het grote meer beneden.
Eenmaal op de bodem zijn diverse routes op de 260 km2 oppervlakte te kiezen. Onze G staat als enige privéauto tussen alle gamedriveauto’s van de georganiseerde tours. We besluiten hun route te volgen. De ervaren rangers weten waarschijnlijk waar het meeste wild te spotten is. Het graslandschap is afwisselender dan men vanaf hoogte zou vermoeden. Diverse soorten gras, heuveltjes en kleine riviertjes naar het meer. De enorme uitgestrekte vlakte blijft imponeren.

Big five
Sommige leden van de big five zijn niet te missen. Veel buffels lopen rond. De olifant is door zijn omvang makkelijk vanaf een afstand te zien. De neushoorn kost meer moeite. De stilstaande gamedrive auto’s ‘in the middle of nowhere’ zijn een indicatie van bijzonder wild. We zijn benieuwd waarnaar de toeristen turen. Midden in het landschap, ver van de weg, herkennen we met de verrekijker in donkere stipjes twee neushoorns. De enige één hoornig exemplaren die we zien, goed voor een vinkje op de spotlijst. De leeuw en luipaard missen we nog. Rond het middaguur moeten we het park weer verlaten. Met een duidelijk doel voor ogen, rijdt Onno alle gamedriveauto’s voorbij die stilstaan bij ‘gewoon’ wild.

Bezoek
Totdat we midden op het open veld leeuwen zien bij een andere auto. Twee jonge mannetjes op zoek naar schaduw. Als de auto wegrijdt, zijn we alleen met de grote roofdieren die rond onze auto lopen. Van alle ervaringen met de koning van het wild tot nu toe, is dit weer een hele nieuwe, unieke belevenis. Nog niet eerder zoveel foto’s per minuut geschoten. De indrukwekkende katachtige dieren gaan pal naast onze auto liggen, hun poten tussen de wielen. Wij en de leeuwen, dit mag lang duren. Wanneer meerdere auto’s arriveren, is het tijd om te gaan. Het wegrijden wordt een delicate kwestie. Na zachtjes manoeuvreren van de auto trekken de roofdieren de klauwen terug en staan ze op. In de achteruitkijk spiegel genieten we na.

Bizarre catch
Kilometers verderop staan zeker twintig gamedriveauto’s langs de weg. Dan moet er iets bijzonders te zien zijn. Inderdaad, een ongebruikelijke ‘live catch’. Een buffel heeft zojuist een jong welpje gedood. Het kleine leeuwtje ligt onbeweeglijk, de eerste roofvogel staat reeds naast hem. Geen moeder te bekennen. We moeten even wennen aan het idee dat dit ook realiteit is.

Op weg naar boven, door het prachtige boomrijke gebied, zoeken we tevergeefs naar het luipaard. Zonder het luipaard is de dag ook helemaal top. Dan zijn we nog onwetend wat ons te wachten staat als we vanmiddag de Serengeti binnenrijden.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *