On the road
Zuid Lake Victoria
Tanzania
21 – 23 december 2019
De bussen zijn de meest gevaarlijke objecten op de wegen van Tanzania. De chauffeurs scheuren met hoge snelheid door het land. Met doodsverachting van hun eigen passagiers en andere weggebruikers. Halen onmiddellijk langzamer rijdend verkeer in. De maximum snelheid en de witte lijnen in het midden negerend. De tegenliggers zoeken een veilig heenkomen zonder de voetgangers te raken. En wij maar zien te overleven tussen al dit geweld.
Politieblokkades
De veel vervloekte politieblokkades in vrijwel elk dorp en ook daarbuiten, hebben snelheidscontroles als hoogste prioriteit. Een bus naar de kant gedirigeerd, voelt als gerechtigheid. Het is oneerlijk om zelf te worden aangehouden, aldus de steen en been klagende toeristen. We hebben inmiddels een succesvolle politiecontrolestrategie. Onno laat zich niet pakken. Strategisch remt hij af voor een snelheidsbord, bij het passeren exact de juiste snelheid op de teller. Onno’s aankondiging: ‘Roadblock’, heeft op mij een Pavlov effect. In een reflex lippenstiften. De dure camera verbergen. En het raam opendraaien. De agenten met een grote glimlach gedag zeggen en vragen hoe het met hen gaat. Dat is mijn taak. Ik zit immers aan de ‘bestuurderskant’, vanuit linksrijdend perspectief. We mogen meteen weer doorrijden. Nog geen bekeuring op de teller. Tot nu toe, tenminste.
Vrachtverkeer
De vrachtwagens zijn doorgaans enorm lang. Lengtes van 22 tot 25 meter zijn geen uitzondering. De trucks ogen overbeladen. De assen enigszins doorgezakt. Afrika kent ook maximale belading. Getuigen de weegbruggen ter handhaving langs de weg. Voorbijrijden van de weegschaal wordt zwaar beboet. De vermogens van de vrachtwagens zijn laag. Niet berekend op de lading. Ze kruipen met veel moeite de bergen op. De meeste beroepschauffeurs assisteren automobilisten bij het inhalen. Knipperlicht aan de berm kant, betekent niet voorbijgaan. Knipperen aan de andere kant is het sein: je kunt nu gas geven en gaan.
Kerkbezoek
Bijna geen kilometer zonder voetgangers naast de weg. De vrouwen dragen doeken gewikkeld als rok. Vaak ook prachtige jurken. Een strak getailleerd bovenlijfje met wijde rok tot over de knieën. In Nederland zou het ontwerp niet misstaan op een receptie. In Tanzania staan de vrouwen in hun mooie jurk op hun akker het land te bewerken. Op zondag zien we soms zelfs een lange gala jurk. De mannen dragen op deze rustdag pakken. Twee maten te groot en van glanzend nylon. Kilometers fietsend met een plastic stoeltje achterop. Op weg naar het gebouw van een kerkelijke stroming. Zoals Jehova, Katholiek of Luthers.
Voorraad aanvullen
De boodschappen scharrelen we bij elkaar in de kleine winkeltjes en op markten. Tanzania kent geen supermarkten of shopping malls langs de weg, zoals de andere landen dat wel hadden. In de hoofdstad Dodoma is twee weken geleden de eerste supermarkt geopend. De winkel is groot, de keuze ruim. Zelfs westerse merken aanwezig. De prijzen zijn ondoorgrondelijk. Een blikje cola van 330 ml kost €1,65 en een 750ml fles cola kost maar € 0,35. Eén voorverpakte muffin, in een impuls in de winkelwagen beland, wordt aangeslagen voor € 6,10. Op een pak met twee keukenrollen en op een deodorant zit een prijskaartje van 13 euro. Die leggen we terug. Er zijn grenzen. Bij ieder gangpad staat een hulpvaardige medewerker. Vier caissières wachten geduldig achter de kassa op de eerste gevulde boodschappenkar. We zijn en blijven de enige klant. Zo bizar hebben we nog nooit inkopen gedaan. Dat moet de foto. De Indiase eigenaar geeft toestemming. De afkomst van de supermarktondernemer werpt een andere licht op de prijzen: het verschil tussen lokaal gefabriceerd en import.
Victoriameer
Rijdend vanuit Serengeti naar Rwanda ligt het Victoriameer in de weg. Het grootste meer van Afrika en het een na grootste zoetwatermeer van de wereld. Alleen het Baikalmeer in het zuiden van Russisch Siberië is groter. Dat verdient een bezoek. Onno heeft een prachtige locatie aan het meer op het oog voor de komende twee dagen. Een veerboot zet het verkeer over in een uitloper van het meer. Veerboten in Afrika hebben een slechte reputatie in het veilig de overkant halen. Omrijden over kleine weggentjes betekent 200 km extra rijden. De keuze is snel gemaakt. De wachtrij voor auto’s is lang. Vrachtwagens en bussen gaan voor. De kosten zijn laag. Een passagier betaalt slechts € 0,16. We halen veilig de overkant. Hoewel de naam anders doet vermoeden heeft Rocky Bay Campsite geen kampeermogelijkheden. Tegen sterk gereduceerd tarief slapen we in een chalet. Even vakantie in de mooie tuin aan het meer.
Potholes in het kwadraat
Nog 250 km naar de grens van Rwanda. De laatste 75 kilometer in Tanzania zijn op iOverlander aangeduid als slechte weg. Boze gebruikers van de app vinden dat een understatement; het is een gruwelijk slechte weg. De dag voor de grensovergang doen we niets anders dan kilometervreten. We proberen zo dicht mogelijk bij de grens van Rwanda te komen. Het centimeter dikke asfalt rust op zandgrond en heeft inderdaad een zeer belabberde kwaliteit. Grote gaten ter oppervlakte van een auto. Diepe kuilen ter grootte van een vrachtwagenwiel. Een auto stuk rijden is hier geen moeilijke opgave. Het is tevens dé handelsroute tussen Tanzania en Rwanda. Veel grote vrachtwagens worstelen zich langs en door de gaten. Sommige trucks verliezen hun lading tijdens het zigzaggen op de weg. Wat hebben de chauffeurs het zwaar. Dankbaar zwaaien ze naar Onno als hij ze laat voorgaan. In een bocht staat een vrachtwagen stil. Een grote hoeveelheid zakken op de grond. Mannen zijn ingehuurd om de vrachtwagen te laden. Twee zakken tegelijkertijd op hun hoofd. Dat gaat sneller. Eén zak weegt al meer dan de Nederlandse Arbonorm. Achter de vrachtwagen staan bijna 100 andere trucks stil totdat ze kunnen inhalen. We hebben geluk dat we in tegengestelde richting langs alle lijdzaam wachtende chauffeurs rijden. Vlak voor de grens overnachten we in een shabby hotel. Tussen de vele vrachtwagens en hun chauffeurs. Zodra het licht wordt, springen we opgelucht uit bed. We kunnen op weg naar Rwanda.
IJver
De visie van de Rwandese douane is ‘Faster process. Easier to trade’. Door Rwanda rijdt veel handelsverkeer van Congo naar de haven van Tanzania, Dar es Salaam. Ze hebben een “one-stop-border” met Tanzania. In één gebouw alles regelen. Tenminste dat is de intentie van Rwanda. De customs beambten van Tanzania omarmen de visie nog niet van harte. Ze zitten in een gebouw 200 meter terug. We lopen heen en weer voor de stempels op het carnet van de auto. In afwachting van het visum in ons passpoort. Een Oost-Afrika visum, ook geldig voor Uganda en Kenia. Drie dagen geleden digitaal aangevraagd. Het akkoord na één dag al in de mailbox.
In de laatste drie landen die we doorkruisten hadden we geen (fysieke douanecontrole van de auto. Rwanda doet dat wel. Of liever gezegd, de tassen van buspassagiers controleren. De G wordt behandeld als een bus en wij als passagiers. We krijgen het bevel alle tassen te laten zien in het kantoor. Een rugzak en fototas vallen in de categorie tas, vinden wij. Ik sleep ze graag naar binnen, in de hoop dat het voldoende is. De beambte blijft schreeuwen dat alle tassen moeten worden binnengebracht. Dat is immers zijn taak en opdracht. Onno probeert de ambtenaar te overtuigen dat de vele opbergzakken in de auto geen tassen zijn. Gelukkig lukt dat, nadat Onno in een zak een stoel laat zien. We mogen eindelijk doorrijden, Rwanda in. Een van de veiligste landen van Afrika. Waar we de laatste dagen van 2019 doorbrengen.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!
Hoi Onno en Ingrid, dit verslag had ik even gemist. Heerlijk verhaal weer en blij te lezen dat jullie het verkeer in Tanzania ook zo hebben ervaren. Lag het dus niet aan ons. En de foto van dat shabby hotel roept zelfs een herinnering op aan de Singapore Challenge nietwaar 🙂 ?
Het rijden in Rwanda is weer heel anders dan in Tanzania, moest je daar vooral oppassen dat je niet van de weg gekegeld werd door een bus, hier moet je vooral oppassen dat je geen voetganger, fietser of brommer rijder op je bumper krijgt. Er rijden hier heel weinig auto’s, en de vrachtwagens hebben het tot kunst verheven om naast de weg te belanden. In één dag drie zeer ernstige ongelukken gezien, waarbij we moeten vrezen voor de bestuurder. Wat ook opvalt, hoe verder je van het zuidelijk deel van Afrika afkomt, hoe moeilijker het wordt om goede accommodaties of campsites te vinden. En een vergelijking met Singapore Challenge is zeker op zijn plaats, maar het is gelukkig nog niet zo erg als dat hotel in Mongolië met al die dronken militairen voor de deur :).